In het Rijksmuseum in Amsterdam ligt een grote stapel brieven van en aan Philip Zilcken. Zilcken (1857-1930), kunstenaar, oriëntalist en publicist, onderhield een groot netwerk. Hij correspondeerde onder andere met Elsie Maud Cownie, August Allebé, Samuel Putnam Avery, Theo van Hoytema, Jozef en Isaac Israëls en vele, vele anderen. Het museum heeft het archief met correspondentie en aantekeningen van Philip Zilcken in 1982 aangekocht. Een ware schatkamer voor kunsthistorici. En tussen deze hele stapel zitten ook enkele briefjes van De Waardt aan Zilcken. Elsevier's Geïllustreerd MaandschriftHet betreft een zakelijke briefwisseling over het aanleveren van illustraties. Zilcken is namelijk als redacteur verbonden aan Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift. Dit tijdschrift, opgericht in 1891, heeft bijna een halve eeuw, tot aan het begin van de Tweede Wereldoorlog, een toonaangevende rol gespeeld in het Nederlandse culturele leven: veel jonge schrijvers en dichters hebben met een publicatie in de Elsevier gedebuteerd. Daarnaast werd in het blad het werk van beeldend kunstenaars en architecten besproken. Zilcken heeft de functie van redacteur bij Elsevier tien jaar bekleed, van 1896 tot 1906. De Waardt, die in 1896/1897 in Den Haag woonde, heeft Zilcken waarschijnlijk ontmoet in de kringen rond de Haagsche Kunstkring. Mogelijk heeft Zilcken, toen net begonnen bij Elsevier, hem persoonlijk uitgenodigd om eens wat werk te laten zien. Het briefje dat hiernaast is afgebeeld, is waarschijnlijk in de zomer van 1897 geschreven. Want hoewel het schrijven niet gedateerd is, zien we onderaan de brief het adres van de afzender staan: Voorstraat, Noordwijk (binnen). En we weten dat Jan de Waardt in het voorjaar van 1897 - vanuit Den Haag - naar Noordwijk is verhuist. |
De Waardt schrijft: "Hierbij zend ik u eenige schetsen en teekeningen met het verzoek of het u mogelijk zou zijn mij eenig illustratiewerk voor Elsevier te verschaffen." Welke schetsen en tekeningen als bijlage bij dit briefje gevoegd waren is helaas onbekend... Maar het antwoord van Zilcken is positief: Jan de Waardt krijgt per omgaande een manuscript toegezonden. En De Waardt schrijft terug, nadat hij het verhaal gelezen heeft, dat hij hier heel gaarne twee flinke illustraties bij wil tekenen. Het betreft hier hoogstwaarschijnlijk een concept van het verhaal "EEN UIT HET ARMENHUIS" van de jonge schrijfster Truida Kok (1869-1949). Want dit verhaal verschijnt in 1898 in Elsevier - met twee grote tekeningen van Jan de Waardt erbij. Later, in 1899, schrijft Jan de Waardt nogmaals enkele briefjes aan Philip Zilcken, nu vanuit Blaricum. Het gaat dan over de illustraties die hij gemaakt heeft bij het verhaal 't Kedoo (het cadeau) van S.G. van der Vijgh jr. (1876-1899). Dit verhaal zal overigens pas in 1901 in Elsevier gepubliceerd worden. |
Egge-Jan Pollé